In de afgelopen decennia zijn Nederlanders minder gaan lezen in hun vrije tijd. Die dalende leestijd staat in schril contrast met de positieve persoonlijke en maatschappelijke opbrengsten die blijkens veel onderzoek aan lezen kunnen worden toegeschreven. De teruggang in het lezen wordt dan ook als een zorgelijke ontwikkeling gezien.
Dat schrijft het Sociaal en Cultureel Planbureau in de uitgebreide studie ‘Lees: Tijd’. Eén van de opmerkelijke conclusies uit dit uitgebreide rapport: ‘Het scherm is geen vervanging van, maar aanvulling op papier’.
“Het leesaanbod is in het afgelopen decennium veranderd; naast de van oorsprong gedrukte tekstmedia (boeken, tijdschriften, kranten), die inmiddels zowel op papier als van scherm verkrijgbaar zijn, zijn er veel digitale en online tekstmedia bijgekomen. Welke positie hebben deze nieuwe tekstmedia in het lezen?
Van de gemiddeld 50 minuten die Nederlanders op een dag in 2015 lezen, gaat het grootste deel naar het lezen van kranten (16 minuten), gevolgd door boeken (12 minuten). Tijdschriften volgen op grote afstand (5 minuten) en worden in tijdsbesteding voorgegaan door het lezen van informatie via internet (7 minuten) en de nieuwssites/-apps (6 minuten). De overige tijd gaat naar huis-aan-huisbladen (1 minuut), overige (2 minuten) en teletekst (1 minuut).
Met alle schermen die tegenwoordig tot onze beschikking staan, is het niet meer vanzelfsprekend dat er van papier wordt gelezen. Toch besteden Nederlanders van de 50 minuten die zij gemiddeld op een dag in 2015 lezen het grootste deel aan papier (31 minuten). Wel is de leestijd van papier iets teruggelopen: in 2013 bedroeg deze nog 36 minuten.
Papier domineert nog het meest bij het lezen van tijdschriften, gevolgd door kranten en boeken. Het schermlezen omvat voor het grootste deel nog de media zonder papieren pendant (teletekst, nieuwssites/-apps, informatie via internet).
De meest gebruikte apparaten bij het schermlezen zijn achtereenvolgens de computer (pc en laptop), tablet en smartphone. Wie zijn de papierlezers en wie hebben het schermlezen omarmd? De totale groep lezers (83% van de Nederlanders leest in een week in 2015) is verdeeld over een deel dat alleen van papier leest (30%), een groot deel dat het lezen van papier combineert met het lezen van een scherm (49%) en een deel dat alleen van schermen leest (21%).
Het aandeel lezers dat zowel papier als scherm gebruikt, is gelijk voor mannen en vrouwen (49%). Meer vrouwelijke lezers lezen alleen van papier (35%) dan alleen van een scherm (16%), terwijl van de mannelijke lezers een kwart alleen van papier leest en een kwart alleen van schermen.
Van de lezers van 65 jaar en ouder leest een groot deel (55%) alleen van papier, tegenover 16% van de jongvolwassen lezers (20-34 jaar). Van de laatste groep leest juist een relatief groot deel (40%) alleen van schermen, net als van de tieners (36%). De 35-64-jarige lezers combineren relatief vaak het lezen van papier met het lezen van schermen.
Hoe hoger het opleidingsniveau is, hoe minder er alleen van papier wordt gelezen en hoe meer het lezen van papier gecombineerd wordt met schermlezen.”
Kijk ook op Lees: Tijd van Annemarie Wennekers, Jos de Haan en Frank.Huysmans: WIe leest wat en hoe?